C-223/14 Tecom Mican Et Arias Domínguez

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement: 27 juni 2014 (Concept-) schriftelijke opmerkingen: 13 juli 2014 Schriftelijke opmerkingen: 13 augustus 2014 Trefwoorden: EEX (gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken)

Onderwerp Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (Pb L 324, blz. 79)

Advocaat Hernández verzoekt op 13 maart 2013 de griffier van de Rb Las Palmas op grond van Vo. 1393/2007 een Europese kennisgeving te doen van een buitengerechtelijk stuk. Het betreft een kennisgeving door de verzoekende onderneming Tecom Mican en haar enige bestuurder José Arias Domínguez, van een onderhandse akte gericht aan de DUI onderneming Man Diesel & Turbo te Augsburg, via de Rb Augsburg. In 2009 sloten deze partijen een agentuurovereenkomst als bezegeling van de dan al meer dan dertig jaar durende samenwerking. In maart 2012 heeft Man Diesel echter laten weten de overeenkomst te beëindigen. De onderhavige akte betreft een aanmaning wegens verschuldigde klantenvergoeding en commissies. Naast de akte hebben verzoekers een verzoek bij SPA notariële akte rechtstreeks aan Man Diesel gestuurd om een bewijs te hebben in de vorm van een authentieke notariële akte. De griffier wijst het verzoek af op de grond dat er geen lopende gerechtelijke procedure is in het kader waarvan de gevraagde rechtshulp vereist is. Advocaat Hernández maakt bezwaar en beroept zich op de SPA regelgeving en op arrest C-14/08. Het bezwaar wordt afgewezen omdat er, alhoewel er in SPA geen indicatieve lijst is van ‘buitengerechtelijke stukken’ er niet van kan worden uitgegaan dat van iedere onderhandse akte kennis kan worden gegeven overeenkomstig de Vo. De advocaat vraagt herziening en de zaak wordt voorgelegd aan de verwijzende rechter.

De verwijzende SPA rechter (Rb Las Palmas) leest in het arrest Roda Golf dat het HvJEU heeft geoordeeld dat een “buitengerechtelijk stuk” in de zin van artikel 16 van de Vo. een autonoom gemeenschapsrechtelijk begrip is. Hij meent dan ook zelf geen uitleg geven van dit begrip te kunnen geven aangezien hij niet over uitleggingsgegevens beschikt aan de hand waarvan hij kan bepalen of een stuk dat niet door een overheidsinstantie of -ambtenaar is afgegeven of opgesteld, als een “buitengerechtelijk stuk” kan worden aangemerkt. Hij legt het HvJEU de volgende vragen over artikel 16 van de Vo. voor: 1. Kan een zuiver onderhandse akte worden aangemerkt als een “buitengerechtelijk stuk” in de zin van artikel 16 van verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 [inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (“de betekening en de kennisgeving van stukken”), en tot intrekking van verordening nr. 1348/2000], ook al komt zij niet van een niet-gerechtelijke overheidsinstantie of -ambtenaar? 2. Zo ja, kan iedere onderhandse akte worden aangemerkt als een buitengerechtelijk stuk of moet een akte daartoe over enkele specifieke kenmerken beschikken? 3. Kan een burger van de Unie, ook al beschikt de onderhandse akte over die kenmerken, verzoeken om kennisgeving en betekening volgens de procedure van artikel 16 van de huidige verordening nr. 1393/2007, wanneer hij een dergelijke kennisgeving reeds heeft gedaan via een andere niet-gerechtelijke overheidsinstantie zoals een notaris? 4. Moet ten slotte voor de toepassing van artikel 16 van verordening nr. 1393/2007 er rekening mee worden gehouden dat die samenwerking grensoverschrijdende gevolgen heeft en nodig is voor de goede werking van de interne markt? Wanneer moet de samenwerking worden geacht „grensoverschrijdende gevolgen te hebben en nodig te zijn voor de goede werking van de interne markt?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-14/08 Roda Golf & Beach Resort Specifiek beleidsterrein: VenJ

Từ khóa » C-223/14